Een overzichtje van de basis bij honden:
Houding afhankelijk van het ras (rest is emotie):
- Dominante (niet in de zin van overheersen!) of zelfzekere houding:
- Hoge staart
- Oren omhoog
- Mondhoeken naar voor staand
- Hoge romp en vaak stijve poten
2. Submissive of onderdanige, angstige houding:
- Lage staart
- Oren naar achter
- Mondhoeken naar achter
- Lage romp
Andere communicatie middelen (weergaven van de motivatietoestand):
- Vocalisatie
- Borstelen
- Tanden
- Geuren: het belangrijkste zintuig van de hond is de neus. Vermist geuren nog een hele tijd blijven hangen nadat ze zijn afgegeven en een hond beter geuren kan opnemen en verwerken als een mens dat doet, is snuffelen voor de hond de beste informatiebron van wat er daar gebeurde. Je ziet dit fenomeen duidelijk als je gaat wandelen, als je thuiskomt en als twee honden elkaar begroeten.
- Ogen
- Kwispelen
- Tongelen
- Enz…
Agressie of dreiggedrag:
- Fixeren (kijken zonder knipperen en dat langer dan 2 sec is bedreigend)
- Borstelen
- Grommen
- Blaffen
- Tanden
- Verstarren (ruimte willen)
- Stijve kwispel (agressieve bijtintentie / spel bijtintentie)
- Enz…
Hondenglimlach (aangeleerd gedrag):
Ontspannen voorhoofd, dichtgeknepen ogen, knipperen met de ogen, kort oogcontact (minder dan 2 sec), lippen die omhoog krullen tot aan de mondhoeken, soms tanden bloot, hoofd lichtjes kantelend, kin op normale hoogte of lager dan normaal.
Vriendelijke begroeting:
Het gedrag dat een hond aanneemt bij een begroeting naar de mens toe is gebogen, indirect en zijn ruggengraat is ontspannen. De hond zijn lichaam is niet in een volledige rechte lijn. De ogen knipperen veel, zijn een beetje toegeknepen met de oren achteruit, er is wel oogcontact maar niet langer dan 2 sec. De ruimte tussen mens en hond wordt gedeeld en de staart van de hond verlaagd bij aanraking van de mens, uitgezonderd bij de rassen met een staart die een opgedraaide aanzet heeft.
Agressieve begroeting:
De hond neemt het directe, rechte, frontale pad naar de mens toe. Zijn ruggengraat is recht, met de neus en het hoofd in één lijn. De ogen zijn open en knipperen zeer onregelmatig. De kin is omhoog, zodat de nek zichtbaar wordt. De hond maakt opdringerig fysiek contact. De staart is op dezelfde hoogte als bij opwinding of verkenning van de omgeving en gaat omhoog bij contact.
Stress:
Stresssignalen:
- rusteloosheid
- overreactie op dingen
- gebruik van kalmerende signalen
- krabben
- zichzelf of een voorwerp likken, bijten
- blaffen, huilen, piepen
- diarree
- slechte geur afscheiding van mond of lichaam
- stramme spieren
- plotseling roos
- rillen
- verandering oogkleur
- achter de staart aanjagen
- hijgen
- slechte concentratie
- slechte eetlust
- vaker plassen dan normaal
- allergie en huidproblemen
- fixatie op dingen vb lichtstralen, vliegen happen enz…
- afreageren of rederectie gedrag
- agressief gedrag
- enz…
Er zijn een aantal kalmerende signalen:
- het hoofd wegdraaien
- de blik naar beneden slaan ipv recht aan te kijken
- wegdraaien met de rug of zijkant naar iemand toe
- de neus met de tong likken
- bevriezen in een staande, zittende of liggende houding en zich volkomen passief opstellen
- langzame bewegingen maken ipv snelle vb in het stappen
- kwispelen ( witte vlag)
- spelboog maken
- gaan zitten of met de zijkant/rug naar je toe gaan zitten
- gaan liggen met de buik op de grond
- gapen
- in een bocht (eromheen) lopen, dus niet recht op elkaar aflopen
- snuffelen (met een beweging naar de grond, en de ogen volgen de beweging rondom hen)
- opsplitsen, of je als derde persoon/hond fysiek tussen twee personen/honden in plaatsen
- poot optillen
- met de ogen knipperen
- reactie overdracht of iets anders gaan doen
- markeren
- lachen
- met de lippen smakken
- een stomme kop trekken en puppygedrag vertonen
- je kinderachtig gedragen, ook al ben je volwassen
Spel:
- Spelboog
- Oren in spelstand