In de jaren 80 bestond de opleiding training en gedrag voor honden uit drie dagen les en één terugkomdag.
Het belangrijkste van deze lessen bestond uit het leren en aanleren van zit, lig, kom, blijf en volg.
De afgelopen jaren is er veel veranderd!
In het begin was honden trainen een harde wereld. De hond werd getemd, gedrild, gedwongen en pijn gedaan want de mens was superieur en baas. Daarna kwam de ‘flower power’ tijd voor de honden. Honden mochten doen en laten wat ze wilden en enkel positieve training met beloning mocht er zijn. Het opvallende hierin is dat hondentraining eerst een mannenwereld was en toen omsloeg naar een ‘softe’ vrouwenwereld.
Nu komen we stilaan tot de balans in coaching van onze hond. We gaan om met de hond als een bewust en kiezend wezen, dat zelf beslissingen kan nemen en hier ook de gevolgen van moet dragen,.
Een balans tussen sturen, ondersteunen en loslaten. En misschien ook terug een balans tussen mannelijk en vrouwelijke trainers en gedragstherapeuten?
De 3 g’s
Het gedrag dat de hond stelt is een combinatie van het genetisch materiaal en de omgevingsfactoren. De ‘nature and nuture’ theorie. Maar meer en meer weten we dat er bij het uiten van gedrag bij honden ook emoties en denksport bij te pas komt.
Vroeger was er enkel de leertheorie. Bijvoorbeeld van Pavlov. Maar de klassieke conditionering is niet meer voldoende en is zeker niet de enige manier dat een hond kan leren. Toen kwam de cognitieve theorie. De hond heeft immers hersenen. En daarna de revolutie van de theorie van de emoties bij honden. Elke theorie was eerst ‘ontdekt’ in de humane wereld en kwam dan naar honden en andere dieren.
Sociaal leren is zo een belangrijke en vaak onderschatte leertheorie. Honden leren prima van elkaar, van andere dieren, maar ook van ons. Honden zijn meesters in ons te observeren (ze hebben ook vaak de hele dag niets anders te doen door een gebrek aan uitdaging) en van ons te leren. Het ‘grappige’ is dat wij veel afleren van wat ze van ons leerden: zoals bijvoorbeeld op de zetel zitten, de vuilbak leeg maken, de deur openen, enz…
Honden bezitten tal van cognitieve en sociale vaardigheden die het mogelijk maken om met mensen samen te leven,. Zij vormen, net als wij , een beeld van de wereld door denken, voelen, waarnemen en willen. Ze hebben een denk- en leervermogen en kunnen dus waarnemen, informatie verwerken, leren, denken en problemen oplossen. Honden hebben hun eigen soort van intelligentie maar ze zijn wel degelijk intelligent en het is tijd dat we afstappen van het idee dat honden zo intelligent zijn als mensen of dat ze net als een dom kind zijn. Een hond is geen van beiden. Het niveau van intelligentie hangt van de situatie en de omgeving af. Dieren hebben nl verschillende cognitieve processen die aangepast zijn aan hun omgeving. Om te overleven. Mensen kunnen heel abstracte en vreemde associaties maken en dat kunnen honden niet. Maar honden zijn dan weer geniaal in hun vermogen om te begrijpen wat mensen bedoelen en in hun enthousiasme om met mensen samen te werken. Honden volgen bijvoorbeeld waar we onze aandacht op richten, ze herkennen onze emoties*, (aan de hand van onze gezichtsuitdrukkingen, lichaamshouding, onze toon ,…)enz….
*Studies van Miklosi en Pongracz
Honden zijn dus sociale wezens die in groep leven; de groepsregels respecteren, leren door te observeren en ze hebben besef van oorzaak en gevolg en van oneerlijke behandeling als je iemand wel en de andere niet beloont.
Radicale behavioristen zien vaak geen plaats voor dit proces van cognitie bij honden en dieren. Maar honden hebben, net als mensen, het vermogen om associatief te leren en de emoties die daar de motor van zijn te beleven. Angst wordt namelijk vermeden en prettige dingen vaker opgezocht en herhaald. Want dieren hebben ook een geheugen. Ze slagen informatie op en gebruiken dat bij het maken van beslissingen in de toekomst.
Gedrag, gevoelens en gedachten zijn de nieuwe 3 G’s bij honden.
Maar we hebben nog veel te ontdekken in de wereld van de hond en de dieren! Nog veel hypotheses, wetenschappelijk onderzoek, enz… zal volgen.
Is jouw hond dom?
Veel mensen zeggen dat hun hond dom is, koppig of niet wil leren. Maar vaak is de hond dom gehouden, of is de hond gewoonweg te slim voor zijn eigenaar.
Het is zeer belangrijk de hond, vanaf zijn geboorte, in een omgeving te houden waar zijn zintuigen geprikkeld worden.
Daarna is het belangrijk om de hond te trainen en hem de mogelijkheid te geven zelf ervaringen op te doen, hun denken uit te dagen, hun eigen keuzes laten maken, meer zelfvertrouwen en zelfredzaamheid laten op te bouwen, … en ze dus leren om te gaan met situaties en contexten, in plaats van ze enkel te bevelen of te dwingen.
Opvoeden en trainen van je hond is een balans zoeken tussen keuzes geven, ondersteunen en loslaten.
Deze keuzes en controle over het eigen leven is ook belangrijk als wij niet aanwezig zijn. Bijvoorbeeld als de hond alleen thuis is als we werken zijn. Hoe kunnen we hier meer mogelijkheden creëren? Want we weten dat dierenwelzijn verhoogd wordt zodra een dier zelf keuzes kan maken en controle heeft over zijn/ haar leven en omgeving.
Waar wordt een hond verder nog gelukkig van?
- Spel
- Eten en wanneer je zin hebt
- Wandelen en bewegen in het tempo waar je zin in hebt en los
- Weten waar je aan toe bent
- Je veilig voelen
- Geen pijn hebben
- Je eigen leef ritme bepalen vb rustig kunnen slapen
- Kunnen ontlasten wanneer je wil
- Een gelukkige baas
- Samenzijn
- Je neus mogen gebruiken
In training en opvoeding is het goed om op te letten wat de hond wil, wat hem gelukkig maakt en niet altijd te bepalen wat wij willen. Want dat verdienen ze, om samen te werken in training. Want zij doen ook de moeite om ons te begrijpen. Laat bijvoorbeeld de hond eens de richting van de wandeling bepalen. Werk eens samen ipv te bevelen in een oefening op de hondenschool. Laat hem eens initiatief nemen en verdenk hem er dan niet dadelijk van dat hij de baas wil zijn!
To do in hondentraining
- Prikkelingen in de omgeving maar geen overprikkeling.
- Geef je hond denksporten vb speuren.
- Geef je hond de tijd om dingen zelf uit te zoeken.
- Laat de hond zelf keuzes maken, steun hem erin en laat een marge om fouten te maken en eruit te leren.
- Begeleid de hond in training zoals een ouder zijn kind.
- Ondersteun eventueel met kruiden of medicatie als het leerproces vertroebeld is door angst en extreme stress.
- Wees geen controlefreak en heb meer geduld.
- Stuur je verwachtingen en trainingen bij, indien de hond niet kan volgen.
- Volg het leertempo van je hond.
- Oefen en zoek geslaagde en positieve oefeningen. Eindig ook altijd je trainingssessies met een succeservaring.
- Geef leerprocessen van je hond meer tijd.
- Start met eerst gewoon gewenning ipv training. Bijvoorbeeld bij een nieuwe omgeving.
- Ga interacties met andere honden aan. Hij/zij leert van soortgenoten.
- Doe korte en in het begin simpele oefeningen.
- Ondersteun je hond en geef regelmatig feedback.
- Zorg dat ontspanning aan de oefeningen vooraf gaan. Er is nl. geen leerproces mogelijk in hoge stress.
- Beloon het initiatief van je hond; zorg dat zijn daden verschil maken en dat hij het gevoel heeft dat wat hij doet iets uitmaakt in de training.
Ik ben nog steeds voorstander om het gewenste gedrag te belonen. Maar ik ben ook van mening dat een hond niet afhankelijk mag gemaakt worden van onze hulp en onze hulpmiddelen in training, opvoeding en gedrag maar ook zelf de kans moet krijgen het uit te zoeken, te beslissen, … zodat de hond zich leert gedragen in de context waar jullie je in bevinden.
Honden trainen en opvoeden is een twee richtingsverkeer tussen baas en hond!
Het is een samenwerking!
Geniet ervan.
Wat is jouw mening hierover? Laat het ons zeker weten