Wanneer het gaat over de gezondheid van onze honden, willen we uiteraard de beste keuzes maken. Eén van de meest besproken onderwerpen onder hondeneigenaren en dierenartsen is castratie. Een veelgehoorde zorg is dat castratie de levensduur van honden zou verkorten. Maar wat zegt de wetenschap écht? Verrassend genoeg blijkt uit meerdere onderzoeken dat gecastreerde honden over het algemeen langer leven dan hun niet-gecastreerde soortgenoten.

Wat is castratie precies?

Castratie (bij reuen) of sterilisatie (bij teven) houdt in dat de voortplantingsorganen deels of volledig worden verwijderd. Dit zorgt ervoor dat de hond niet meer vruchtbaar is en dat de productie van geslachtshormonen sterk afneemt. Dat heeft lichamelijke én gedragsmatige gevolgen.

De feiten: gecastreerde honden leven langer

Grote studies, waaronder één van de University of Georgia (2013, gebaseerd op meer dan 40.000 honden), tonen aan dat gecastreerde honden gemiddeld 1,5 jaar langer leven dan intacte honden. Bij teven kan dit verschil zelfs nog groter zijn. De belangrijkste redenen daarvoor zijn:

• Minder risico op voortplantingsgerelateerde ziekten, zoals baarmoederontsteking, prostaatproblemen en testikel- of mammatumoren.
• Lagere kans op rondzwerven en verkeersongelukken, vooral bij reuen.
• Minder agressief gedrag en daarmee minder gevechten of verwondingen.

Maar hoe zit het met groeihormonen?

Sommige mensen denken dat castratie ingrijpt op groeihormonen (GH) en zo de levensduur negatief beïnvloedt. Maar dat klopt niet helemaal. Groeihormoon blijft actief, ook bij gecastreerde honden. Wat wél verandert, zijn de geslachtshormonen die invloed hebben op de groei van botten en spieren. Als je een hond op zeer jonge leeftijd castreert, kunnen de groeischijven iets later sluiten, wat bij grote rassen tot gewrichtsproblemen kan leiden. Dat is echter geen levensbedreigende aandoening, en met goede voeding en beweging goed te managen.

Belangrijk: timing en afweging

De beslissing om te castreren hangt af van veel factoren: ras, grootte, gedrag, gezondheid en natuurlijk het doel (bijvoorbeeld fokken of niet). Dierenartsen adviseren vaak een castratie na de groeifase, vooral bij grote rassen, om skeletproblemen te voorkomen. Bij kleine rassen is vroege castratie meestal geen probleem.

Levensduur verlengen? Castratie is vaak een stap in de juiste richting.

Castratie zorgt er dus niet voor dat honden korter leven – integendeel. Gecastreerde honden hebben gemiddeld een betere gezondheid en langere levensduur, mits het op het juiste moment en onder goede begeleiding gebeurt. Zoals bij elke medische ingreep is overleg met een dierenarts cruciaal, zodat je een keuze maakt die past bij jouw hond.

Uiteraard is elke hond en situatie uniek dus bespreek dit onderwerp zeker met de dierenarts en de gedragstherapeut.